Fort Eben-Emael, een immens en uniek ondergronds complex
Het volledig ondergrondse militaire complex is in 3 niveaus uitgegraven in een mergelheuvel. Het grondplan heeft een basis van 750m, een hoogte van 950m en een gangenstelsel van meer dan 5km. In 1940 besloeg de totale oppervlakte van het militair domein 75 ha.
Aan de oostzijde is het domein begrensd door het Albertkanaal en quasi verticale wanden van 60m hoog. In het noordwesten loopt de rivier de Jeker en werd voor de grondverdediging van het terrein een watergracht aangelegd, die de mogelijkheid bood om de toegang tot het fort onder water te zetten. Aan de zuidzijde werd een droge anti-tankgracht gegraven met betonnen muren van 4m hoog. Prikkeldraadversperringen en anti-tank obstakels maakten de grondverdediging compleet.
17 geschutsopstellingen uitgerust met de meest moderne wapens maakten dat dit militair complex aanzien werd als het sterkste van Europa.
Het doel van het fort was om de bruggen over de Maas en het Albertkanaal in de regio van Visé, Maastricht en Lanaken af te schermen en te voorkomen dat een Duits invasieleger het Belgische binnenland zou kunnen binnendringen.
DE KAZERNE
Niveau 0 - 45m onder het heuvelplateau
Achter de hoge ijzeren poort, de houten rolbrug over een 4m diepe put en een volledig ingerichte defensiebunker bevinden zich een zware pantserdeur en een ontsmettingsruimte. Nadien geeft een galerij van bijna 200m toegang tot de krachtcentrale, de werklokalen en de ondergrondse kazerne, voorzien op de huisvesting tot 1200 soldaten.
De krachtcentrale, de originele douches, de keuken, de waterpomp, het bureau van de commandant, de mess voor officieren, slaapvertrekken voor officieren en onderofficieren en een troepenkamer, allen heringericht, brengen de bezoeker terug naar het interbellum van de 20ste eeuw.
De met een operatiekamer en een sterilisatiekamer uitgeruste ziekenboeg maakten het fort operationeel voor gevecht situaties.
HET MUSEUM
Niveau 0 - 45m onder het heuvelplateau
Ingericht in 2 voormalige ziekenzalen behandelt het museum de spectaculaire aanval op het fort op 10 mei 1940 en de aanval op drie bruggen over het Albertkanaal gelegen ten noorden van het fort.
Ingericht in een voormalige troepenkamer laat een klein museum de bezoeker kennismaken met de verschrikkingen van de Duitse V1 wapens en het leven in de Vallei van de Jeker tijdens de bezetting.
HET ZWEEFVLIEGTUIG
Niveau 0 - 45m onder het heuvelplateau
Er zijn nog slechts twee DFS 230 (Deutsche Forschungsanstalt für Segelflug) aanvals-zweefvliegtuigen te bezichtigen in musea over de hele wereld. Het zweefvliegtuig dat tentoongesteld is in het fort bestaat voornamelijk uit samengestelde wrakstukken van drie originele toestellen. De cockpit en het instrumentenpaneel zijn volledig origineel en van éénzelfde toestel.
Het zweefvliegtuig werd geassembleerd door voormalige Duitse zweefvliegtuig-piloten, onder supervisie van de constructeur, de heer Hans Jacobs, onder wiens leiding in 1936 het zweefvliegtuig voor de Duitse luchtmacht gebouwd werd. Dankzij intensieve samenwerking tussen Duitse en Belgische veteranen en met de steun van de Belgische Defensie werd het zweefvliegtuig in 2008 overgebracht naar het fort.
11 van deze DFS 230 zweefvliegtuigen voerden op 10 mei 1940 de verrassingsaanval uit op het fort. Het was de eerste luchtraid-commando aanval ooit in de wereldgeschiedenis.
HET GANGENSTELSEL
Niveau 1 - 25m onder het heuvelplateau
Een labyrint van 5 km aan ondergrondse galerijen verbindt de kazerne met de heringerichte commandopost, de filterkamers, de luchtventilatoren, de munitiemagazijnen en de met pantserdeuren afgesloten toegang tot de 17 gevechtsbunkers. De op- en neergaande gangen zijn met elkaar verbonden door trappen en lopen evenwijdig met het bovenplateau van het fort.
Wegmarkeringen werden aangebracht om de garnizoenssoldaten de weg te wijzen in dit ondergrondse tunnelstelsel.
De gids neemt de bezoeker mee door een deel van het verlichte galerijenstelsel. Thema rondleidingen en speciale bezoeken gaan door verder gelegen of niet verlichte gedeelten van het gangenstelsel.
DE EXPLOSIE VAN EEN HOLLE LADING IN HET GANGENSTELSEL
Niveau 1 - 25m onder het heuvelplateau
Duitse soldaten plaatsten een holle lading aan de binnenkant van de traphal van een door hen veroverde gevechtsbunker. De ontploffing veroorzaakte een enorme drukgolf, waarbij vier Belgische soldaten om het leven kwamen en verschillende andere zwaar gewond raakten.
En deze ontploffing had nog meer nare gevolgen …
Aanschouw de desastreuse gevolgen van het eerste gebruikt van dit nieuw type explosief, de holle lading, en laat het dramatische verhaal van de jonge garnizoenssoldaten tot jou doordringen.
DE ARTILLERIE GEVECHTSPOSTEN
Niveau 2 - op het heuvelplateau
Twee van de 4 artilleriekazematten, elk uitgerust met 3 snelvurende 75 mm kanonnen zijn vandaag integraal te bezoeken.
De 2 artillerie hefkoepels, hebben een bepantsering van 33 cm dikte. De telkens twee 75 mm kanonnen hadden een schootsveld van 360°.
De grote pantser artilleriekoepel met twee 120 mm kanonnen is opgebouwd uit 2 lagen van chroom-nikkelstaal en heeft een totale bepantseringsdikte van 59 cm. De volledige koepel, vast en beweegbaar deel samen, weegt 440 ton. De twee 120 mm kanonnen hadden een 360° schootsveld en een vuurbereik tot 17km.
Vandaag laten diverse rondleidingen de bezoeker kennismaken met de artilleriekazematten en de artilleriekoepels.
HET BOVENPLATEAU
Niveau 2
Het bovenplateau heeft een oppervlakte van 45ha of 90 voetbalvelden.
In de vroege ochtend van 10 mei 1940 landden in totale stilte en met complete verrassing 10 zweefvliegtuigen op dit massief.
Het terrein, dat nog steeds militair domein is, kan met respect voor de wandelpaden en voor het patrimonium vrij bezocht worden. In 1940 was er geen begroeiing op het plateau en de hellingen.
Met de rondleiding op het bovenplateau geeft de gids u alle informatie over de landing van de zweefvliegtuigen en de aanvallen van de Duitse paratroepers op de gevechtsposten. Een plan van het plateau en de diverse gevechtsbunkers is te koop in het fort.
DE DEFENSIEBUNKERS
Niveau 0, 1 @ 2
Zes bunkers die instaan voor de verdediging van het fort liggen rond en op het heuvelmassief.
Twee kanaal-defensiebunkers, waarvan er vandaag nog slechts 1 bestaat, liggen aan het Albertkanaal. Deze kanaalbunkers zijn uitgerust met 60mm anti-tankkanonnen, machinegeweren, zoeklichten en observatiekoepels. Op het bovenplateau zijn er twee zware machinegeweerbunkers, elk met drie zware Maxim machinegeweren uitgerust.
Enkele van deze defensiebunkers en de enige nog bestaande kanaalbunker kunnen bezocht worden met de thema rondleidingen en de speciale bezoeken.
DE AANVAL
10 MEI 1940
Bij het ochtendgloren van 10 mei 1940 zetten 10 grote transport-zweefvliegtuigen een elite-eenheid Duitse paratroepers (code naam GRANIT) neer op het bovenplateau van het fort.
Een officiële oorlogsverklaring was er niet.
Een aanvalsgroep schakelt dadelijk na de landing van hun zweefvliegtuig de machinegeweren van het luchtafweer uit. Door het gebruik van een nieuw type explosief, de holle lading, worden de meeste observatiekoepels, de machinegeweerbunkers, de artilleriebunkers en de artilleriekoepels op zeer korte tijd geneutraliseerd.
Ook aan drie bruggen over het Albertkanaal, gelegen ten noorden van het fort, landden zweefvliegtuigen en twee belangrijke bruggen worden ingenomen.
Tegenaanvallen door de Belgische artilleristen van het fort mislukken door gebrek aan automatische wapens en training. Het nadelige terrein en regelmatige bombardementen van de Duitse luchtmacht zorgen ervoor dat de Duitse aanvallers de overmacht houden.
Artilleriebeschietingen van de Luikse forten van Pontisse en Barchon hebben geen resultaat, want de Duitse soldaten vinden beschutting in de reeds veroverde gevechtsbunkers.
In de nacht van 10 op 11 mei 1940 raken de Duitse grondtroepen over het Albertkanaal en wordt het fort omsingeld.
Kort voor de middag van 11 mei 1940 zijn er nog slechts twee artilleriebunkers actief en is het richten van verdedigingsvuur onmogelijk geworden door het neutraliseren van observatieposten.
Het fort geeft zich omstreeks het middaguur op zaterdag 11 mei 1940 over. De toestand is kritiek. Het vernietigend effect van de nieuwe Duitse explosieven heeft zijn werk gedaan.
Vele garnizoensoldaten zijn dood, zwaar verwond of gedemoraliseerd.
DE HOLLE LADING
De holle lading bom van 50 of 12,5 kg is gevuld met explosieven, maar in tegenstelling tot een klassieke bom, wordt de kracht van de explosie gebundeld in het holle gedeelte in het midden van de bom.
Door de op één punt geconcentreerde ontploffing doorboort de holle lading van 50kg tot 20 à 25cm staal en 35cm beton. Bij de ontploffing komt een hittegolf vrij van ongeveer 2800° Celsius, die het onderliggende materiaal verbrandt.
Het principe van deze werking was al sinds de late 18de eeuw beschreven, maar de omzetting tot een nuttig wapen gebeurde pas in de late jaren 1930. (Munroe effect, 1888. De eerste toepassing was in 1792).
Dit nieuwe wapen werd voor de eerste maal ingezet bij de aanval op het Fort van Eben-Emael.
HET PSYCHOLOGISCH EFFECT VAN DE AANVAL
Het Duitse succes in Eben-Emael was er één op verschillende vlakken.
Het betekende niet alleen de doorbraak van de Albertkanaalstelling; maar het gaf de Belgen en de Geallieerden een psychologische opdoffer en de Duitsers een enorme steun: het sterkste fort van Europa werd in een mum van tijd uitgeschakeld!
Bovendien had de doorbraak een breder, strategisch effect.
Zoals voorzien door de Duitse legerleiding trokken de Franse en Britse troepen naar het Belgische binnenland en werd de weg vrijgemaakt voor de Duitse aanval door de Ardennen.
Het resultaat is bekend: de Geallieerde troepen werden in België omsingeld en rond Duinkerken en Calais samengedrukt.